Lopend door de drukke Crooswijkseweg, langs een van de laatste oude woonblokken tussen de nieuwbouw, komt langzaam de geur van gebraden kip me tegemoet. Hij is afkomstig van de winkel op de hoek. ‘Broodje Bal 2,50’ staat er op de deur. Op de gevel het jaartal 1897. Het is het pand van Slagerij Bram Haak. In de vitrine wordt reclame gemaakt voor uierboord en zijn oorkondes te zien voor de beste bal van Nederland.
Achter de toonbank staat Sander Haak (36), de vijfde generatie van het familiebedrijf. Samen met zijn ouders en zus kan hij de toeloop aan, want het is druk in de slagerij. Sander kent veel klanten bij naam, met sommige heeft hij een band opgebouwd. Als voorbeeld noemt hij Gerrit: ‘Die komt elke dag voor een ons rosbief, ik denk ook voor een praatje. Op een dag kwam hij niet meer. Toen gingen we even kijken of alles goed met hem was.’ Nadat Sander een klant aan spekknabbeltjes heeft geholpen, zegt hij: ‘Op vrijdagmiddag is het hier net een buurtkroeg, dan staat het hier bomvol, iedereen kletst met elkaar.’
Kwaliteit en eigen artikelen
De allereerste Haak die achter de toonbank stond heeft Sander nooit gekend, wel weet hij dat die overgrootvader het pand heeft laten bouwen en dat er toen veertien slagers in de straat zaten. ‘Allemaal weg! Vroeger zat hier nog een bakker, een bloemist, een drankenhandel, toen kwamen de klanten vanzelf ook hier binnen. Nu zitten er supermarkten.’
‘Mijn vader zoekt zijn eigen
dikbilkoeien nog uit’
Om de concurrentie het hoofd te bieden komt het volgens Sander aan op kwaliteit en eigen artikelen. ‘Hammen maken we zelf, die pekelen we met veel minder zout dan de fabriek. Mijn vader zoekt zijn eigen dikbilkoeien nog uit. Een dikbilbiefstuk van ons is lekkerder dan een Greenfields van Albert Heijn, veel fijner van structuur.’
Een man van middelbare leeftijd komt binnen. ‘Hee Willem, wat zie je er netjes uit vandaag’, merkt Sander op. ‘Ja man, even naar Haak, hè!’ Er wordt gelachen. Sander vertelt dat Willem één van zijn leukste klanten is en dat hij vaak kippenpoten koopt om weg te geven. ‘Haal die hele ren maar leeg, de voor- en achterpoten graag, zegt hij dan altijd’.
‘Voor onze uierboord
komen ze uit het hele land’
Uierboord en gehaktballen
Slagerij Haak is beroemd om zijn uierboord, een typisch-Rotterdams gerecht dat bijna nergens meer te krijgen is. ‘Voor onze uierboord komen ze uit het hele land, bijvoorbeeld Joop Zijlaard of de werkster van André van Duin.’ Ook de gehaktballen van de slagerij zijn beroemd, die gaan door heel Rotterdam. ‘Ik heb vanochtend 2500 ballen staan draaien, voor Feyenoord, Xerxes en Melief Bender. Dat is een mooie bijkomstigheid.’
Toekomst
Sander voelde het niet als een verplichting om het familiebedrijf voort te zetten, het ging vanzelf: ‘Je begint als jongen op zaterdag te helpen met schoonmaken, je draait een balletje, zo gaat dat. Ik doe het graag. Maar de toekomst is onzeker. Dit willen ze slopen, hier moet dure nieuwbouw komen. Waar gaan wij dan heen?’
‘Ik heb vrienden die meer
verdienen in veertig uur’
De kans dat zijn zoontje de traditie voortzet acht Sander bijzonder klein: ‘Ik werk 70 uur per week en begin elke dag om half zeven. Het is zwaar werk. Ik heb vrienden die meer verdienen in veertig uur.’ De kans is dus groot dat Sander de laatste telg is die het familiebedrijf voortzet. Voorlopig blijft de slagerij op deze locatie zitten, in elk geval tot de sloop van het pand. Wat er daarna gebeurt weet Sander niet: ‘Het moet wel rendabel blijven, anders kan ik beter wat anders gaan doen.’
Tekst: Marjon de Zeeuw
Beeld: Joke Schot
Wil je updates ontvangen? Klik hieronder.
Slagerij Haak Crooswijkseweg 83B
Eigenaars Bram, Wil en Sander Haak
Openingstijden Elke maandag t/m vrijdag Van 7.00 – 17.30, zaterdag van 07.00 – 16.00